De troonrede leerde ons deze week dat er voor de woningmarkt enkele wijzigingen worden doorgevoerd. In dit onderdeel de belangrijkste aanpassingen.
NHG-grens gaat omhoog
Wie een woning koopt, kan een hypotheek afsluiten met Nationale Hypotheek Garantie (NHG). Dit kan tot een bepaald aankoopbedrag. In 2018 is deze grens € 265.000, in 2019 gaat de grens omhoog naar € 290.000. In 2019 kunt u dus een duurdere woning kopen met NHG. De NHG-grens is gekoppeld aan de gemiddelde huizenprijs van juni, juli en augustus en wordt afgerond op € 5.000 naar boven of beneden. De gemiddelde koopsom in juni was € 289.399, juli € 290.791 en augustus € 294.203. Hierdoor wordt de NHG-grens € 290.000. Wanneer er sprake is van energiebesparende maatregelen wordt de maximale hypotheek € 307.400 (106% van de marktwaarde).
Hogere hypotheek mogelijk bij energiezuinig huis
Koopt u een nul-op-de-meterwoning of een woning met een Energie Prestatie Coëfficiënt (EPC) van 0 of lager? En is daarbij een zogeheten energieprestatiegarantie afgegeven voor minimaal tien jaar? Dan kunt u ook in 2019 € 25.000 extra lenen. Vanaf 1 januari 2019 komt de eis van een energieprestatiegarantie voor een woning met EPC van 0 of lager mogelijk te vervallen; u kunt dan nog € 20.000 extra lenen.
Voor bovengenoemde mogelijkheden geldt de eis van een minimaal bruto gezinsinkomen van € 33.000. Het extra geleende bedrag wordt buiten de inkomenstoets gehouden.
Minder belastingschijven
In 2019 gaat het aantal belastingschijven omlaag van 4 naar 3. Alleen AOW’ers hebben nog te maken met 4 schijven. Met ingang van 2021 wordt het tweeschijvenstelsel ingevoerd.
Door het wijzigen van de tarieven zullen veel mensen minder inkomstenbelasting gaan betalen. De hypotheekrente trekt u dan af tegen een lager belastingtarief.
Maximumtarief hypotheekrenteaftrek gaat omlaag
De komende jaren wordt de hypotheekrente afgebouwd. In 2019 gaat het maximale belastingpercentage waarover huizenbezitters hun hypotheekrente mogen aftrekken met 0,5 % omlaag naar 49 %.
De beperking geldt alleen voor aftrekposten die met de eigen woning te maken hebben, zoals hypotheekrente en hypotheekadvies, en voor huiseigenaren die deze kosten aftrekken over hun inkomen boven de € 68.507. Vanaf 2020 wordt de hypotheekrenteaftrek sneller beperkt. De aftrek daalt dan met 3 % per jaar tot ongeveer 37 % in 2023.
Ontwikkeling beperken aftrektarief 2018 t/m 2023
|
2018 |
2019 |
2020 |
2021 |
2022 |
2023 |
Maximaal aftrektarief |
49,5 % |
49,0 % |
46,0 % |
43,0 % |
40,0 % |
37,05 % |
Het eigenwoningforfaitpercentage daalt
Het eigenwoningforfaitpercentage daalt voor woningen met een WOZ-waarde tussen de € 75.000 en € 1.060.000 naar verwachting van 0,7% in 2018 naar 0,65% in 2019. Na 2019 zal het percentage verder dalen in drie stappen van elk 0,05%-punt in de jaren 2020, 2021 en 2023.
Wet Hillen wordt geleidelijk afgeschaft
Met ingang van 2019 wordt de Wet Hillen in 30 jaar tijd afgebouwd met 3 1/3 % per jaar. Dit heeft als gevolg dat als u de hypotheek heeft afgelost, u toch inkomstenbelasting over het eigenwoningforfait verschuldigd bent. Over 2019 mag u in de aangifte inkomstenbelasting nog maar rekening houden met 96 2/3 % van de Hillen-aftrek. De Hillen-aftrek is het positieve verschil tussen het eigenwoningforfait en de aftrekbare kosten, zoals de hypotheekrente.
Monumentenaftrek onderhoud vervalt
De persoonsgebonden aftrek voor onderhoud aan rijksmonumenten wordt in 2019 vervangen door een subsidie. Bezit u een rijksmonument, dan kunt u maximaal 35 % van de zogeheten instandhoudingskosten terugkrijgen in de vorm van een subsidie. De subsidie wordt het jaar volgend op de investering verstrekt.
Alleen de onderhoudskosten die bijdragen aan de instandhouding van de monumentale waarden, zoals de kosten voor schilderwerk, timmerwerk en stukadoorswerk, komen in aanmerking voor subsidie. Onder de aftrekregeling die nog in 2018 geldt, zijn ook niet-monumentale onderhoudskosten aftrekbaar, zoals onderhoud aan sanitair en verwarming.
Op 17 september jl. heeft minister Van Engelshoven toegezegd dat er geen 40 maar 45 miljoen euro aan subsidie beschikbaar wordt gesteld. Ook komen alle Rijksmonumenten met een woonfunctie in aanmerking voor de subsidie, ongeacht of het daadwerkelijk wordt bewoond door de aanvrager. In 2020 zal het kabinet de nieuwe subsidieregeling evalueren.
WOZ-waarde stijgt
De gemiddelde WOZ-waarde van woningen stijgt in 2019 tussen de 7,5 en 9,5 %. Dit schrijft de Waarderingskamer in een brief aan de staatssecretaris van Financiën. De WOZ-waarde vormt de grondslag voor een aantal belastingen die huiseigenaren betalen, zoals de onroerendezaakbelasting, het eigenwoningforfait en de watersysteemheffing.
Belastingen op de energienota stijgen
In het regeerakkoord heeft het kabinet aangekondigd dat de energiebelasting op gas in 2019 stijgt met 3,6 cent per m3 en de belasting op elektriciteit daalt met 0,92 cent per kilowattuur (inclusief btw). Ook de Opslag Duurzame Energie (ODE) stijgt voor zowel gas als elektra. Daarnaast gaat de zogeheten belastingvermindering op de energiebelasting fors omlaag, met € 62 (inclusief btw). Iedereen die een woning bezit die is aangesloten op elektriciteit krijgt deze vermindering op de energiebelastingen. In totaal gaat een gemiddeld gezin ruim € 152 extra belasting betalen via de energienota.
Het lage btw-tarief stijgt van 6 % naar 9 %
Veel diensten en goederen vallen onder het lage btw-tarief, zoals boodschappen. Ook een aantal werkzaamheden aan uw woning vallen hieronder, bijvoorbeeld schilderen, stukadoren, behangen, isoleren of schoonmaken. Deze werkzaamheden worden in 2019 3 % duurder. Stel: een rekening bedraagt € 3.000 exclusief btw, dan betaalt u in 2019 niet € 180 maar € 270 aan btw.
Eerder heeft de Staatssecretaris bekendgemaakt dat de belastingdienst niet zal naheffen als de factuur in 2018 is verstuurd en volledig is betaald, terwijl de uitvoering van de werkzaamheden in 2019 plaatsvindt. Daarvoor komt geen wettelijke overgangsregeling.